dinsdag 9 oktober 2012

Trein 53 - Perron 0

Koudkil wacht ik
beneveld zonder drank
reflecterend zonder spiegel
Uitgeademd zonder in te ademen

De bruine koffer naast mij opent met een klik
vage herinneringen vervliegen en heldere
klampen zich aan mijn versleten schoenen vast

kruipen door mijn onzichtbare broek en huid
als maden met nagloeiende sporen
tot ook mijn lege oogkassen weemoedig stralen

Ik ruik de zoete ochtendtafel
van krant, croissant, keizerkinderen
die de koningin gehoorzamen
een koning die minzaam zwijgt

Ik zie papiermolens doordraaien 
Schermen die e-mails in mijn gezicht spuwen
Binnenstromend telefoongerinkel langs draden
die baden in een nooit opdrogende klaagwaterval

Ik aanhoor de smorende heethoofden
die zaagmeel eten en herkauwen
tot houtsblokken voor hun voeten vallen
Zie hen ze furieus aansteken tot
ook hun verlangen is opgebrand

Uit de open koffer graait passie naar mijn hand,
schudt mijn levenslust weer los
met al haar Ooh's en Aah's
die enkel op plekken rondzwerven
waar verwondering en verrassing
nog vers te plukken valt

Ik voel sporen van speelse kletsen
op mijn huid branden van vrienden dichtbij
weet wie zij waren en wat ze nog worden
vastgeplakt aan aardse vaste grond

Geheel begreep ik meestal niets
Van de spellen des levens
en wie nu gewonnen had
en voor wie het spel uitgespeeld?

Mij leek het meestal beter
om aan de zijlijn te staan
waar het een vrolijke bende was
en trommels ongestoord
hun gang konden gaan

Ik ploegde me dapper doorheen
de loopgraven van het bestaan
hoorde liefdesbommen harten splijten
zag verwoed anderen de scherven weer lijmen
hoewel ook hun vel onderhuids was ontstoken
door vlammende pijlen die werden afgeschoten

Ik vond mijn plek
gaf een draai aan mijn bestaan
tot een chauffeur vergat op zijn rem te gaan staan
mijn zwaartepunt volgde gezwind de zwaartekracht
die haar greep kreeg op mijn nekwervels
waardoor mijn levensstroom werd afgeknakt

Voor een keer stipt op tijd
glijdt een zwarte ramen trein zich
stalenknarsend tot bij mij

Haar deuren openen
mijn volgeladen koffer sluit
jazzklanken wiegen me vooruit
trekken me zacht de stomende doodskist binnen

Er is gehuild, gewoeld,
gelachen, geleefd,...

En dat alles ging
in een rotvaart
voorbij.

Doodstreep


Deadline hangt wat, deadline lummelt wat, deadline drinkt wat, deadline wacht af, deadline lonkt, deadline komt, deadline kruipt, deadline fluistert, deadline nadert, deadline dendert, deadline dreunt, deadline kreunt, deadline schreeuwt, deadline versteent, onontwijkbaar, altijd daar, in het rood, is de eindhalte voor     mijn kwakkelende Fyra

Horten en stotend
de tijd rekkend
handjes draaiend

Als een zonnebloem
post-its rond mijn
scherm plakkend
 
Het hoofd met een
wereld wijd web
van onzin vullend

Twee tortelduiven
door het raam
roekeloos* aanstarend

In zonoverladen
cocktail & dream
gedachten badend

Tot hij geblokt
voor je dromerige
blik komt staan

DEADLINE

Ogen omrandde koffiekringen een specht op speed tokkelt arytmisch op het toetsenbord tot vingertoppen zijn afgestompt witte bladeren drijven rondom je heen tot ze als een wervelwind opstijgen letters vliegen in het rond de wereld heeft nog slechts één doel en dat is niet wereldvrede want daarvoor is Moeder Theresa.

It's here, it's now
Shit is coming
down (ofwel
met de billetjes
toegeknepen)

Te laat!

De doodstreep voorbij geraasd
____________________________________________________________________________

en toch
leef ik nog

*roekeloos spreek je best uit zoals een duif koert, dit vergroot je leesplezier

Arm Vlaanderen

Gezogen onder tricolore vlag
Van welp tot leeuw
tot veelvraat uitgegroeid

Brullend
naar wat hem
vreemd is

Vol
van zichzelf
Snakkend
naar méér
van zichzelf

Tot hij de eigen de buik openrijt
Want eigen bloed
smaakt het zoetst
Eigen vlees
proeft het verst

Hem zullen ze niet temmen
Hij zal sterven in eigen nat

Mankende Perzische tijger

Hoe het bloed van Abel en Kaïn van de heuvels naar beneden stroomde en Damascus tot in haar wortels doordrong. Hoe de moederstad dit nu terug uitspuwt over protestbeladen straten. Schreeuwen om vrijheid glijden van afgebrokkelde gevels. Familie's en kinderen bedolven onder de brokken.

En de wereld kijkt toe vanachter zijn pc's, tv's, Ipads en kranten. Hoe een schaakspel wordt gespeeld met levende pionnen en elke keer weer Schaakmat! wordt geroepen, waarop de gevallen lopers op een nieuw bord verder strijden. Wie tegen wie? Mossad tegen KGB tegen CIA tegen MI5 tegen buren tegen sjiieten tegen soennieten tegen alawieten tegen christenen tegen steden tegen landen tegen eender wie.

Géén spijkerharde maatregelen? Geen of weinig olie? Geen of weinig rijkdom? Geen of weinig belangen?  Geen cultuur?
De moeder der beschavingen! De eerste steden, het eerste spijkerschrift, de letters van het Oude Testament zijn dáár ontvlamd en op papier gebrand!

Maar de wereld kijkt toe, ze steunt, ze strijdt, ze zalft, ze slaat, ze heult, ze saboteert....
en stuurde een bende blauwgehelmde kikkers om de strijdende bloedhonden te bedaren. Ooit slapende honden die nu de geur van rottend vlees hebben geroken en bloeddorstig over het land zwerven op zoek naar landverraders, hoewel ook huursoldaten zich wassen met Syrisch bloed tot hun vel donkerrood opblinkt.

En de rode Halve Maan schijnt tijdens de nacht over het land tussen de brokstukken op zoek naar de hulpelozen, zieken en gewonden. Helend en strijdend tegen machteloosheid

En wat doet de rest van de wereld? En wat doe ik? En wat kan ik doen?

Ik hoop dat de doodsbloem die is ontloken, gauw verwelkt en uit haar assen de moeder van beschavingen zal herrijzen. Of zal men haar uitwringen en vernederen als een bedelaarster tot de laatste strijd gestreden is en haar ogen wegrollen tot enkel het oogwit zichtbaar is?